GERMANEN

Buddy Tegenbosch


Germanen

Nu heb ik al eens eerder geblogd over verschillende mensen in verschillende steden in verschillende werelddelen (zie hier). De Chinees is geen Japanner, de Canadees geen Amerikaan en de Braziliaan geen Argentijn.

Inmiddels werk ik al zo’n kleine dertien jaar in Duitsland. Hoog tijd om aan te tonen dat de Duitser geen Nederlander is.

Allereerst bestaat de-Duitser-an-sich niet. Net zoals in Nederland heb je streekexemplaren. Grofweg gezegd heb je Noord-, Zuid-, Oost- en West-Duitsers. De laatste twee verschillen zelfs zo van elkaar, dat er even een muurtje tussen gestaan heeft.
Also:
De Noord-Duitser is te vergelijken met de Fries. Hij is zijn nuchter, houdt van water en wadden, van rooie- en boerenkool, en als hij plat praat is hij niet te verstaan.
De Oost-Duitser lijkt op de Tukker. Hij is nuchter, een tikkeltje Weltfremd, wordt niet gecast voor een Loréal-reclame, en als hij plat praat is hij niet te verstaan.
De Zuid-Duitser is te vergelijken met de Limburger. Hij is zelden nuchter, feestelijk katholiek, houdt niet van water, wel van bier en bergen, en als hij praat is hij sowieso niet te verstaan.
De West-Duitser kent u. Zo niet, dan bent u al veel te lang niet meer aan onze Noordzeekust geweest.

 

Tot zo ver de overeenkomsten. Nu de verschillen.
De Duitser is wat terughoudender dan de Nederlander. Je kunt het ook bescheiden of afstandelijk noemen. Hij zal je niet snel thuis uitnodigen, maar hij zal je graag zijn auto laten zien.
Zou een Nederlander je nog wel eens met ‘Hé homo!’ kunnen begroeten (je kent die types wel), bij een Duitser kun je blij zijn als je na een jaar zijn voornaam te horen hebt gekregen.

 

Het eten kan hij net als wij lecker vinden. Het weer niet, laat staan een wijf.

 

Verder scheldt de Duitser anders. In tegenstelling tot onze ziektes en geslachtsdelen, hoef je bij de Duitser maar één woord te onthouden: Arsch. Je kunt Arsch overal voor gebruiken en aan elk ander woord vastplakken. Zo kan het Arschkalt (aan de frisse kant) zijn. Maar je kunt ook een Arschgesicht hebben, die Arschkarte ziehen (aan het kortste eind trekken), of simpelweg ein fettes Arsch zijn.
Verder hebben ze zeer beeldende gezegdes met een hoofdrol voor datzelfde woord. Zo hoor je vaak dat iemand sich den Arsch aufreisst, (hij doet zijn stinkende best. Letterlijk: hij scheurt zijn kont open). Als je kwaad bent, kun je trouwens ook iemand anders Arsch aufreissen. En vaak hoor je Leck mich doch am Arsch, wat ik niet verder ga uitleggen.

 

Dit alles is nog maar het puntje van de ijsberg. Zo ben ik aan woorden als klarkommen en oberaffentittengeil niet eens toegekomen. Wellicht in een volgend blog…


GEPLAATST: 2013-01-24 | RUBRIEK: BLOG